Nederlandse onderscheidingen: een oude traditie in een nieuw jasje

Burgers krijgen een onderscheiding als ze iets bijzonders doen. Maar wat is bijzonder?

Het geheel aan ridderorden en andere medailles heet met een mooi woord ‘decoratiestelsel’. Het Nederlandse decoratiestelsel begon in 1815. In dat jaar werden de Militaire Willems-Orde en de Orde van de Nederlandse Leeuw opgericht. Sindsdien zijn er meer dan 100 officiële Nederlandse ridderorden en medailles ingesteld.

Iedereen bijzonder

Iedereen met een ridderorde of een medaille heeft iets bijzonders gedaan. Sommigen hebben iemand gered, anderen doen vrijwilligerswerk en weer anderen hebben iets gecreëerd. Om ridder te worden in een van de Nederlandse orden moet je iets extra bijzonders doen. En dat moet meer zijn dan je normaal van iemand mag verwachten.

Automatische benoemingen

Dat betekende vroeger meestal dat je iets bijzonders deed in je werk. Dat kon bijvoorbeeld een uitvinding of een ontdekking zijn. In veel beroepen was er alleen niet zoveel te ontdekken. Denk bijvoorbeeld aan ambtenaren of postbodes. Daarom vonden mensen dat iemand ook een medaille moest krijgen als hij zijn werk lang én goed had gedaan. Alleen bleef onduidelijk wat ‘goed je werk doen’ betekende. Steeds meer mensen leken daarom automatisch ridder te worden.

Vooral voor vrijwilligers

Na de Tweede Wereldoorlog groeide de kritiek vanuit de politiek en de maatschappij. Steeds meer mensen vonden dat je alleen ridder moest kunnen worden als je iets bijzonders doet. Na een lange discussie besloot de Tweede Kamer in 1994 om weer alleen mensen ridder te maken bij bijzondere maatschappelijke verdiensten. Zo werd de oorspronkelijke bedoeling uit 1815 weer de regel. Daarom krijgen nu vooral vrijwilligers een Koninklijke onderscheiding.